GRENSOVERSCHRIJDEND SAMENWERKINGSPROGRAMMA

Met steun van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling

InTiCosm

Kerngegevens

Projectleider

Université Reims Champagne Ardenne
Boulevard de la Paix
Villa Douce 9
51100 Reims
FRANCE

Contactpersoon

Sandrine Bouquillon

Begindatum

01-07-2019

Einddatum

31-12-2022

Budgettaire elementen

Totaal Budget
2 207 229,67 €





InTiCosm

Innovative Trends in Cosmetics

axe1

Categorie

Project

Specifieke doelstelling van het programma

Versterken van het onderzoek en de innovatie van de grensoverschrijdende zone in de strategische sectoren en de sectoren met een sterke complementariteit

Domein van bijstandsverlening

Technologieoverdracht en samenwerking tussen universiteiten en bedrijven die voornamelijk ten goede komen aan kmo's

Rapporteringsdatum 02-02-2024

Tegenwoordig zijn consumenten steeds meer op zoek naar cosmetische producten op basis van agrogrondstoffen voor dagelijks gebruik. Als gevolg hiervan tonen onderzoekers een groeiende interesse in het optimaal benutten van de agrogrondstoffen die ze tot hun beschikking hebben om nieuwe innovaties op het gebied van cosmetica, maar ook op farmaceutisch, voedings- en milieugebied aan het licht te brengen. Tegen deze achtergrond is het InTiCosm-project gericht op de ontwikkeling van biogebaseerde verbindingen, bekend als "groene ladingen", en op de evaluatie ervan met het oog op het gebruik ervan in de formulering van cosmetische producten. Bij dit grensoverschrijdende onderzoeksproject zijn de Universiteit van Luik (Gembloux AgroBioTech), Vivasciences, Greenwin en het Certech Research Centre in Wallonië, de Universiteit van Gent, Catalisti en het Vito Technology Centre in Vlaanderen, de Universiteit van Reims Champagne-Ardenne, de Universiteit van Rijsel, de vereniging voor wetenschappelijke verspreiding Accustica en de concurrentiekrachtcluster B4C in Frankrijk betrokken. Het InTiCosm-project kadert in de gezamenlijke wens van de betrokken partners om als grensoverschrijdende spelers samen te werken op het gebied van de bio-economie voor cosmetica. In de chemie zijn vrachtschepen reservoirs met modulaire afmetingen voor het vervoer van moleculen, die bijvoorbeeld gebruikt kunnen worden voor het vervoer van actieve bestanddelen in geneesmiddelen of contraststoffen in de medische beeldvorming. In het InTiCosm-project zijn de 'groene ladingen' synthetische polymeren of dendrimeren van biologische oorsprong, waarvan de grondstoffen voornamelijk afkomstig zijn van bioraffinaderijen in de Frans-Belgische regio (met name Europa's grootste bioraffinaderij in Pomacle-Bazancourt bij Reims en België's grootste bio-ethanolproducent, BioWanze, in Wallonië). Tijdens het project werd de synthese van deze nieuwe groene vrachtschepen ontwikkeld volgens de principes van de groene chemie, d.w.z. door de hoeveelheden oplosmiddelen en het aantal gebruikte synthesestappen te verminderen. Daarnaast is er ook rekening gehouden met wettelijke beperkingen en de bijbehorende kosten om ervoor te zorgen dat de nieuwe cosmetische formuleringen kunnen concurreren met bestaande verbindingen op de markt die afkomstig zijn van aardolie. De nieuwe ladingen zijn zo ontworpen dat ze cosmetica selectief kunnen inkapselen en afgeven, afhankelijk van de omgeving (bijvoorbeeld de pH van de huid) of de temperatuur. Ze worden gebruikt in cosmetische formules om actieve ingrediënten (bijvoorbeeld antioxidanten) in te kapselen om ze te stabiliseren in de tijd en/of tegen oxidatie door de lucht. Dit vermogen tot inkapseling werd bestudeerd met behulp van geavanceerde methoden, evenals de toxiciteit van de ladingen, waardoor een structuur/reactiviteitskader kon worden opgesteld dat leidde tot de keuze van enkele (de meest doeltreffende en minst kostbare) die, nadat de synthese was opgeschaald, konden worden getest met industriëlen in de INTERREG-zone Frankrijk-Wallonië-Vlaanderen. De verschillende onderzoeken werden uitgevoerd als onderdeel van twee scripties. De eerste betrof de universiteiten van Reims en Luik en had betrekking op de bereiding en evaluatie van nieuwe dendrimeren voor het inkapselen van met name vitamine C. Tegelijkertijd bestudeerde en testte Vito de enzymatische bereiding van deze dendrimeren en was hij in staat om andere hoogwaardige antioxidanten te ontwikkelen via enzymatische weg, met behulp van een verbinding van biologische oorsprong. Het tweede proefschrift, uitgevoerd door de Universiteit van Lille en de Universiteit van Gent, leidde tot de bereiding van biologisch afbreekbare polymeren die vervolgens werden gebruikt in verschillende cosmetische formules. Deze verbindingen toonden hun vermogen aan om cosmetische emulsies te stabiliseren volgens verschillende concentratie- en temperatuurcriteria. Verschillende soorten cosmetische crèmes (BB-crème, zelfbruinende crème, enz.) zijn gemaakt met behulp van deze stabiele, milieuvriendelijke polymeren. Het Certech onderzoekscentrum heeft een belangrijke rol gespeeld bij de bereiding van deze nieuwe groene vrachtschepen en nieuwe polymeren, door de haalbaarheid van flowsynthese van dendrimeren en polymeren aan te tonen en zo de weg vrij te maken voor het opschalen van de productie ervan. Het Intiscom-project heeft dus multi-actor onderzoek met complementaire en grensoverschrijdende vaardigheden mogelijk gemaakt. Het project heeft geresulteerd in talrijke publicaties en wetenschappelijke mededelingen gericht op onderzoeksgemeenschappen in het veld, ongeacht of ze al dan niet binnen de perimeter van Interreg Frankrijk-Wallonië-Vlaanderen vallen en of ze afkomstig zijn uit de academische wereld (hoger onderwijs) of het bedrijfsleven. Er zijn ook een aantal communicatie-initiatieven gericht op het grote publiek in de regio. Er zijn tal van communicatiemiddelen voor scholieren of het grote publiek, met name via de geassocieerde partners Accustica en Vivasciences, of via de specifieke afdelingen van de betrokken universiteiten of onderzoekscentra. De reizende tentoonstelling waarin het project werd gepresenteerd, trok bijvoorbeeld meer dan 300 mensen en tijdens de verschillende workshops werden schoolbezoeken door meer dan 130 mensen bijgewoond. Het project heeft ook geleid tot het leggen van industriële contacten, met name dankzij interacties met geassocieerde partner B4C, maar ook via de betrokken onderzoekslaboratoria. Sommige van deze contacten zijn nog steeds actief en bieden perspectieven voor onderzoek en ontwikkeling. Er zijn ook plannen om een start-up bedrijf op te zetten in Lille. De bijzonder veelbelovende resultaten waren het onderwerp van een octrooieerbaarheidsonderzoek door SATT-NORD om de mogelijkheid van het aanvragen van een octrooi te beoordelen, maar een ander, reeds aangevraagd octrooi stelde ons niet in staat om verder te gaan. SATT-NORD heeft echter verschillende industriëlen benaderd die geïnteresseerd zijn, maar eerst meer resultaten willen zien voordat ze een standpunt innemen. Het werk gaat dus door, met name dankzij een tweejarig contract voor "onderzoeksingenieur" voor bepaalde tijd dat werd verkregen in het kader van het CPER. Een beschrijving van het project, de resultaten en de vooruitzichten is te vinden op de websites van Inticosm: een Franse website (https://www.univ-reims.fr/minisite_183/), een Nederlandse website (https://www.univ-reims.fr/minisite_184/) en een Engelse website (https://www.univ-reims.fr/minisite_185/). Een samenvatting van het project zal in 2024 ook online worden gepubliceerd door de Cosmetic Valley competitiveness cluster.